Uit de kerkenraad
Uit de kerkenraad
Volharden
Het woord volharden klinkt ons allemaal bekend in de oren met betekenissen als doorzetten, volhouden, standhouden en standvastig volhouden wat je begonnen bent.
Het is een belangrijk werkwoord omdat het leven nu eenmaal vele uitdagingen kent en het ons niet altijd meezit om ze te realiseren.
Op zich is er niets mis mee om doelen te stellen en om de lat zelfs wat hoger te leggen want dan bereik je wat. Stilstand betekent immers achteruitgang en dat willen we niet. Stellen we ons een doel waarvan het bereik niet meteen zeker is dan komen we in de sfeer van de uitdaging en dat vereist doorzettingsvermogen, dat vereist volharding.
We vinden het terug in de persoonlijke sfeer, we hebben het dan over de doorzetters onder ons die bijvoorbeeld iets willen bereiken op het werk , met hun studie, met de sport, maar ook zoiets als de opvoeding van het gezin of het zorgen voor je naaste. Allemaal zaken waar we een bijzondere inspanning moeten leveren en dat geldt zeker ook in situaties waarbij de moeilijkheidsgraad extreem hoog is of waarbij er tegenwerking is dan is het zeker doorbijten. Hoewel volharding vaak positief gelabeld is kan er ook een minder aangename duiding zijn als we het hebben over volharden in een leugen of in negatief gedrag.
Ook binnen een gemeenschap heeft het volharden een uitwerking.
Aan politieke besluiten gaan vaak slepende procedures vooraf waarbij partijen behoorlijk volhardend kunnen zijn in hun opstelling, gelukkig leiden democratische spelregels in onze maatschappij dan toch tot een besluit. In een geheel andere realiteit en zeer indrukwekkend zien we nu de bevolking van Oekraïne zeer standvastig vechten om te overleven.
Algemeen zouden we kunnen constateren dat er zonder volharding geen instandhouding van verworvenheden plaatsvindt en er geen nieuwe wenselijke werkelijkheid kan ontstaan.
Dan rijst de vraag hoe het is gesteld met de verhouding tussen kerk en
( nieuwe ) werkelijkheid.
Herkennen we binnen de kerk ook de opdracht van volharding?
De geschiedenis vertelt ons en leert ons.
Ze vertelt ons dat er door de eeuwen heen door de kerk en binnen de kerk strijd geleverd is.. Door de kerk naar buiten met andere kerken en geloven. Binnen de kerk om geloofsrichtingen en interpretaties van het geloof.
Ze leert ons dat we met volharden veel kunnen bereiken maar dat we er ook verkeerd mee kunnen omgaan en dan leidt het tot breukschade.
We raadplegen de bijbel:
In Hebreeën 11 lezen we over volhardende geloofsgetuigen ( vanaf Abel-via Abraham-Mozes-David etc. ) die overwinningen boeken en gerechtigheid in praktijk brengen vanuit het verlangen naar een beter, een hemels vaderland. Ook degenen die bespot, gemarteld en gedood zijn om hun overtuiging bleven volharden “’ ondanks dat ze door het geloof een goed getuigenis van God hebben ontvangen maar de vervulling van die belofte nog niet hebben verkregen”.
De wortel van het volharden is het geloof.
In Hebreeën 12 lezen we “ laten we alle last en zonde afleggen, die ons zo gemakkelijk verstrikt. En laten we met volharding de wedloop lopen die voor ons ligt, terwijl wij het oog gericht houden op Jezus, de Leidsman en Voleinder van het geloof”.
Dat betekent dus ook dat we niet slechts onze eigen weg bewandelen gemarkeerd door onze eigen standvastige standpunten.
Het gaat om die andere weg:
Het geloof vraagt ons te volharden in de navolging van Christus
De energie hiertoe verkrijgen we door de Geest die ons doorstraalt en het gebed wat ons verbindt.
Voldoende volharding toegewenst.
Met vriendelijke groet, mede namens de kerkenraad, A.P. v. E.
|