|
|
» De Gemeente » Meditatie
|
Hervormde Gemeente Rockanje
|
|
Meditatie
Meditatie
GEDRAGEN OP ADELAARSVLEUGELS
De grote dichter Goethe zei eens aan het eind van zijn leven: ‘Ik heb alles bij elkaar nog geen veertien dagen onvermengd geluk gekend’. Het is een uitspraak die ons laat voelen hoe weerbarstig en ondoorgrondelijk het leven kan zijn.
Het volk Israël wist daar alles van. Na de slavernij uit Egypte volgde geen zonnige toekomst, maar een lange tocht door de woestijn, vol ontberingen. En toch: midden in die woestijn liet God zien dat Hij Zijn volk niet losliet. Mozes zingt erover in zijn afscheidslied:
‘Zoals een arend over zijn jongen waakt en voortdurend erboven blijft zweven, zijn vleugels uitspreidt en zijn jongen daarop draagt, zo heeft de HEER zijn volk geleid, Hij alleen: geen andere god stond hem bij’ (Deut.32:11,12).
Wat een prachtig beeld! De liefde van God vergeleken met die van een arend voor zijn jongen. Waarschijnlijk moeten wij denken aan een goudadelaar, die met zijn geelbruine veren in de zon schittert als goud. Het is een reusachtige vogel met enorme vleugels van ruim twee meter. Hoog in de bergen bouwt hij zijn nest.
De traditionele uitleg van onze tekst luidt dat de arend zijn jongen uit het nest stoot om ze te leren vliegen. Je ziet het voor je: de jongen vallen pijlsnel naar beneden en op het moment dat ze dreigen te pletter te slaan, duikt de arend onder hen om ze op te vangen. Een krachtig beeld, dat vaak gebruikt is om te laten zien hoe God ons leert vertrouwen.
Toch hebben vogeldeskundigen erop gewezen dat arenden hun jongen helemaal niet uit het nest stoten. Het Hebreeuwse woord kan ook betekenen: beschermen, waken. Daarom vertaalt de NBV: ‘Zoals een arend over zijn jongen waakt’. Dan gaat het niet om het leren vliegen, maar om de zorg en bescherming van de arend.
Beide gedachten zijn waardevol, mits we het Bijbelse kader in gedachten houden: God geeft ons de ruimte om te groeien en te leren vertrouwen, maar Hij stoot ons niet opzettelijk naar beneden. Hij draagt ons juist in de moeilijke momenten en beschermt ons wanneer we dreigen te vallen. Zo zien we zowel Zijn zorg als Zijn kracht: wij zijn niet alleen, Hij waakt over ons en draagt ons op Zijn machtige vleugels.
Zo is onze God. Hij is geen afgod die zelf gedragen moet worden, maar de levende God die Zélf draagt. Hij omringt Zijn volk als Zijn oogappel (vers 10), het meest geliefde dat Hij bezit. Datzelfde geldt ook vandaag voor ons.
Hoe vaak lijkt het in ons leven alsof wij in een woestijn terechtkomen. Momenten van moeite, zorg, ziekte of eenzaamheid. Dan kan het voelen alsof je valt en nergens houvast hebt. Maar juist dan klinkt de belofte: ‘Hij zal je beschermen met Zijn vleugels, onder Zijn wieken vind je een toevlucht, Zijn trouw is een veilig schild’ (Ps.91:4).
Goddank, wij hebben een Vader in de hemel Die ons niet laat aanmodderen, maar Die ons dag aan dag draagt. In Christus zien wij dat het waar is: Hij werd verlaten, opdat wij nooit verlaten zouden worden.
Daarom mogen wij vol vertrouwen zeggen - en zeg het ook tegen jezelf om je aan deze woorden op te trekken:
‘De Heer is mijn herder, het ontbreekt mij aan niets’ (Ps. 23:1).
Wie op zichzelf vertrouwt, verliest de moed, maar wie zich aan Gods trouw durft overgeven, krijgt nieuwe levenskracht in overvloed. Zoals Jesaja belooft:
‘Wie hoopt op de HEER krijgt nieuwe kracht: hij slaat zijn vleugels uit als een adelaar, hij loopt, maar wordt niet moe, hij rent, maar raakt niet uitgeput’ (Jes. 40:31).
Mogen wij zo ervaren dat Gods trouw ons draagt, elke dag opnieuw.
Ds. William Quak
|
| |
|
|
|
|